Regionale topvrouwen helpen tophockeysters van Hockeyclub Oranje-Rood
Wat doe je in de concurrentiestrijd met hockeyclubs in de Randstad om talentvolle (jonge) speelsters te binden aan Oranje-Rood? Je creëert een warm bad voor de hockeysters door ze te omringen met een netwerk van topvrouwen dat daadwerkelijk helpt. Niet door samen koffie te drinken – hoewel dat best lekker kan zijn, aldus Katja Pahnke -, maar door de randvoorwaarden om op topniveau te kunnen presteren in Eindhoven te verbeteren.
Tekst: Hans Matheeuwsen | Foto’s: Kees Martens/DCI Media
Ze zijn gestart in het najaar en het mes blijkt al gauw aan meer kanten te snijden, constateren Oranje-Rood-voorzitter Pieter Janssen, Oranje-Rood relatiemanager Marjan Boersma en Katja Pahnke, directeur van Dutch Design Foundation (DDF). Katja trad toe tot het nieuwe netwerk om te helpen door het inbrengen van haar kennis en haar eigen relatie – netwerk. Maar zij ontdekte direct de wederkerigheid: meerwaarde van de ontmoeting met andere, haar onbekende topvrouwen. „Ik heb een hart voor het bundelen van kracht en het elkaar inspireren en ondersteunen, én de regio”, verklaart Katja. „Ik kende Oranje-Rood vanuit Eindhoven Engine, daar zit ook verbinding. Ik ben zelf geen hockeykenner – ik heb tien jaar gehandbald – maar ik houd van sport en fit zijn, ook qua mind. Ik vind het belangrijk om mensen te supporten en een springplank te bieden. Behalve dat ik zelf graag word geïnspireerd, is het belangrijk om als rolmodel en inspiratiebron anderen te kunnen helpen.”
‘Het gaat vooral om actie: doen! Voor een koffieclub hebben we geen tijd. Daar hebben we ook geen zin in’
Aanspreekpunt
Voor het aantrekken en het behouden van toptalent in de regio moet Oranje-Rood wel wat meer doen dan reclameborden verkopen, zegt Pieter schertsend. „Wij moeten een warm bad creëren voor onze tophockeysters. Ik zegt altijd: vorm en structuur volgen de inhoud; we moeten elkaar op inhoud ontmoeten.” Daarbij is input ‘van buiten’ hard nodig, constateert Marjan: „We hebben info nodig, maar ook kennis en gedrevenheid. Strategisch denken vanuit verschillende invalshoeken. En vooral actie: doen! Voor een koffieclub hebben we geen tijd. Daar hebben we ook geen zin in.” „Terwijl koffie verschrikkelijk lekker is…”, grijnst Katja. Om serieus te vervolgen: „ Ik kan wat betekenen in de vorm van een soort mentorship en coaching. Het zou heel leuk zijn als wij wat los kunnen weken bij de jonge dames. Het kan een enorme kick geven als je jezelf niet kleiner maakt, maar groter voelt en gedraagt omdat je op meerdere levels iets kunt betekenen. Dat stimuleert het zelfbewustzijn. In de sport is het heel belangrijk dat je geïnspireerd wordt of overtuigd bent. Ik wil graag het aanspreekpunt zijn voor prikkelende gesprekken.”
Het netwerk beschouwt ze bovendien van meerwaarde voor zichzelf. „Ik ben lid geworden van de Raad van Toezicht van Archipel. Ik wordt doorgaans omgeven door hoog intelligente, technische mensen zodat ik blij ben met een omgeving die hoog sociaal intelligent is. Bij de DDF is het hoog creatief en nu bij Oranje-Rood hoog sportief. De collectieve intelligentie goed benutten, daar gaat het om! Door daarvoor open te staan, verrijkt mij dat ook, en inspireert mij, en houdt mij fit en alert. En houdt mij scherp om goede dingen te doen. Als dat is door koffie te drinken, prima, als we maar het goede en relevante gesprek voeren. Het is allemaal mooi ingestoken, en dat biedt mij ook weer mogelijkheden. De voldoening haal ik uit de menselijkheid, de verbinding. De lijntjes in de regio zijn kort. Dat geeft ook een kick hè, je kunt gewoon overal aankloppen. Probeer dat maar eens in Amsterdam.”
Meer bieden
Verbinding is één van de kernwaarden van Oranje-Rood, legt Pieter uit. ‘We Connect, We Play, We Grow’ haalt hij het credo van de hockeyclub nog maar eens aan. „Verbinding, spelplezier en groei. Maar als je naar de landelijke competitie van de dames kijkt, spelen heel veel dames die wij hebben opgeleid – en zelfs in het Nederlands Elftal spelen -, nu in de Randstad. Niet omdat ze daar meer verdienen maar omdat die steden aantrekkelijker zijn. Wij hebben geen algemene universiteit met studierichtingen als geneeskunde of economie. Maar het kan toch niet zo zijn dat wij in de Brainportregio talenten verliezen omdat wij geen algemene universiteit hebben?” Wat er gebeurt, is dat de talenten vallen voor de charme van de stad, en daar een woning krijgen, vervolgens zijn ze weg, verlaten ze Oranje-Rood, ondanks het warme bad, waarin ze ook nog eens altijd mogen terugkeren, legt de voorzitter uit. „Dus toen dacht ik: nou, dan moeten wij meer bieden dan dat. Natuurlijk, salaris is belangrijk, maar wij kunnen waarde creëren. Vanuit de Brainportregio, door samenwerking, want daar zijn wij uniek in. Hier is nog een traditie van elkaar helpen, kijk maar eens naar onze vrijwilligers, en elkaar iets gunnen.”
Luisteren
De sponsormarkt verandert ook. Traditionele sponsoring zoals reclameborden, businessclubs, shirtsponsoring etcetera alleen is niet meer voldoende. Met andere woorden: sponsoren willen niet meer alleen maar geld overmaken in ruil voor exposure op en rond het veld maar waarde creëren voor de club door uitwisseling van kennis waardoor zij op hun beurt topsportwaarden en -mentaliteit hun bedrijf binnenhalen. Marjan is in haar werkzame leven organisatieadviseur en trekt de vergelijking met Oranje-Rood: „Wij zijn eigenlijk gewoon een functiehuis met de arbeidsvoorwaarden die het bedrijfsleven legt op een sportclub. Met als doel om daadwerkelijk iets te kunnen betekenen.”
Pieter: „Dat betekent dat je goed moet luisteren naar de behoeften in de markt. Bij Heren 1 is een aantal ondernemers aangesloten om ze een extra impuls te geven. Dat willen we bij Vrouwen 1 ook doen. Geld is belangrijk en zeker voor ons dames ook nodig maar niet doorslaggevend, hoewel elke euro is meegenomen maak je uiteindelijk daardoor niet het verschil. Wij willen iets kunnen betekenen voor onze speelsters buiten de sport om. Waardoor ze zich kunnen concentreren op de prestaties terwijl ze worden geholpen bij allerlei zaken die ze in hun leven tegenkomen.”
Laadjes
Met groei wordt overigens niet de groei van de club bedoelt, met ruim 2.600 leden is Oranje-Rood al één van de grootste sportverenigingen van het land. Het gaat om mentale groei. Pieter: „In de hockeywereld kun je niet financieel onafhankelijk worden, zoals in de voetballerij. Daarom vinden wij het belangrijk om onze spelers bagage mee te geven waar ze hun hele leven plezier van kunnen hebben. Qua mentaliteit, gewoon ervoor gaan, de focus, het team.”
‘Wij vinden het belangrijk om onze spelers bagage mee te geven waar ze hun hele leven plezier van hebben’
Marjan: „Kinderen in onze jeugdteams worden gevormd door hun sport- en teamervaringen. Als je dat kunt doortrekken in je verdere leven kun jaar daar enorm profijt van hebben. Mijn kinderen kunnen al niet meer zonder hockey. Ze geven veel, maar krijgen daar ook zoveel voor terug. Ik ben ervan overtuigd, als ze een plan hebben, dat onze leden later kunnen putten uit de laadjes die ze zelf hebben gecreëerd bij Oranje-Rood.”