De kogel is door de kerk, de bezwaren tegen het bestemmingsplan zijn afgewezen, het Eindhoven Museum kan gaan bouwen. In 2026 wil Museumpark Vonk, zoals het gaat heten, open voor publiek. Voor het zover is, zoekt het bestuur van het museum nog wat financiële steun. Het gaat om één miljoen euro op een totale investering van veertien miljoen. De realisatie zal er niet vanaf hangen, aldus voorzitter Rob van ’t Hullenaar van de raad van toezicht en directeur-bestuurder Ward Rennen, maar enige bezorgdheid klinkt wel door in hun stemmen.
Tekst: Hans Matheeuwsen | Foto’s: René Manders/DCI Media | Illustraties: Studio Marco Vermeulen
Beiden zijn ervan overtuigd dat Museumpark Vonkiets gaat toevoegen aan het museale landschap van Eindhoven en omgeving. Zowel letterlijk als figuurlijk. Vonk is een museum over de geschiedenis van de stad én de regio. Die begint bij de jagers en verzamelaars en eindigt bij Brainport. Het huidige preHistorisch Dorp maakt deel uit van het nieuwe museum dat komt te staan in een landschappelijk park van 3,5 hectare aan de Boutenslaan, waarmee de omvang ruim twee keer zo groot wordt als momenteel. Waardoor het gebied, mede door vertrek van Rijschool Leeuw, veel groener wordt dan het nu is. Het museumgebouw wordt met een houten constructie, kalk-hennep wanden en een vergroend dak op zijn minst klimaatneutraal en misschien zelfs CO2-negatief. „De Genneper Parken worden met Museumpark Vonk mooier en groener”, bezweren de bestuurders.
Geheel in de traditie van de innovatieve Brainportregio met veel (high tech) maakindustrie en samenwerking als onderscheidend menselijk kenmerk wordt Vonk een doe-museum waar bezoekers mee kunnen bouwen aan objecten die een plek krijgen in het park als ze af zijn. Deze nieuwe ‘vonken’ bieden de bezoekers een spannende én leerzame ontdekkingstocht door de tijd. De geschiedenis van de stad en de regio ontvouwt zich tijdens een wonderlijke wandeling door het nieuwe museumgebouw en het park. Het landschappelijk ontwerp van het park is geïnspireerd op de natuurlijke omgeving zoals die was in de negentiende eeuw. Eindhoven is per slot van rekening ontstaan in de beekdalen van onder andere de Dommel en de Tongelreep, die langs het park stromen.
Rol
Directeur Ward Rennen is van oorsprong citymarketeer. Zijn doel was, én is, om het dna van Eindhoven te vangen, zegt hij. Ward wil een museum voor een breed publiek uit de stad en de regio, inclusief internationals. De verwachting is dat Museumpark Vonk bij aanvang zeker jaarlijks 110.000 bezoekers kan trekken. Het preHistorisch Dorp telt er nu 75.000 per jaar. Dat is veertig procent meer dan voor corona, stellen Ward en Rob min of meer tot hun eigen verbazing vast. In het nieuwe museum moet ook de collectie van Museum Kempenland een plek krijgen. Dit streekmuseum, dat was gevestigd in de Steentjeskerk in Eindhoven, sloot in 2012 alweer zijn deuren. Het Eindhoven Museum beheert sindsdien de collectie. „Wij kwamen tot de conclusie dat de rol van Eindhoven Museum als cultuurhistorisch museum niet uit de verf kwam”, legt Ward de nieuwbouwplannen voor een meer algemeen historisch museum uit. „En wat het preHistorisch Dorp betreft: we huizen nu in het meest moderne gebouw: een herberg uit de tijd van de Tachtigjarige Oorlog.”
Wortelen
Kortom: Eindhoven Museum voldeed niet aan de doelstelling: de hele geschiedenis van (de regio) Eindhoven toegankelijk maken voor een breed publiek. „We willen meer verbinden met de stad”, verklaart Ward. „We zijn nadrukkelijk gaan kijken naar de rol van de geschiedenis in Eindhoven. Wat is dat voor een stad die eigenlijk alleen maar bezig is met morgen? Daar komt bij dat de samenleving onder invloed van Brainport snel verandert. Geschiedenis kan bij uitstek een rol spelen bij het verbinden van al die elementen en de mensen. Een levende geschiedenis is ook een bron van trots voor de inwoners van Brainport. Wij stellen bovendien nieuwkomers in staat om te wortelen: in wat voor stad kom ik terecht, en op welke schouders bouw ik voort?”
De uitdaging was het verzinnen van een nieuw museum-concept. Vonk wordt niet een wandeling langs een eindeloze rij vitrines met geëxposeerde spullen. De pijlers onder het museum zijn beleving, ervaring, toevoeging en verdieping. „Bezoekers gaan zelf aan de slag”, zegt Ward. „Museumpark Vonk bestaat uit vier onderdelen waarvan er drie binnen zijn gesitueerd en één buiten. Binnen is een multimediale introshow, een tentoonstelling en een werkplaats. Buiten is het park waarin de gemaakte objecten staan.”
Vonken
Met de werkplaats is het meest onderscheidende element genoemd van Vonk. „Het preHistorisch Dorp is een soort openluchtmuseum waar bezoekers ook zelf dingen kunnen doen. Maar moesten wij nu het Philipsfabriekje gaan nabouwen, of een miniatuurversie van de Witte Dame? Nee, volgens ons kan dat anders. We willen het veel Eindhovenser hebben. We willen onze historische verhalen op een meer innovatieve, interactieve tot de verbeelding sprekende manier uitbeelden.” Dat gaat gebeuren door het bouwen van wonderlijke objecten, met een maximale hoogte van acht meter en over een oppervlakte van vijftig vierkante meter. Er zijn altijd drie vonken tegelijkertijd in ontwikkeling. „Brabantsedag-achtige dingen”, legt Ward uit.
De vonken lokken verwondering en nieuwsgierigheid uit
„Die verwondering en nieuwsgierigheid uitlokken. Waar je als bezoeker aan wilt meebouwen. De werkplaats beslaat dan ook bijna de helft van het museum. Vonk is eigenlijk een historisch museum met een heel grote werkplaats.” De objecten – of ‘bouwsels’ – worden vonken genoemd. Zij zijn een knipoog naar de uitvinders. Ward: „Het gaat om de vonk die overslaat. Met een verwijzing naar het preHistorisch Dorp waar vuur wordt gemaakt met behulp van vonken, of denk aan de verbrandingsmotor die start door een vonk. In de werkplaats staan straks telkens drie bouwsels die drie verhalen van onze geschiedenis uitbeelden. Dat kan vanalles zijn, van de industriële revolutie tot het ontstaan van Brainport. Het moet een feest van herkenning worden voor oud én jong.”
Het gaat om de vonk die overslaat
Het object wordt uitgewerkt en gebouwd in een periode van drie jaar. Dat gebeurt in nauwe samenwerking met het bedrijfsleven en scholen. Het bouwsel wordt bedacht door bekende Eindhovense ontwerpers. Het meebouwen door publiek kan gedurende workshops van twintig minuten. Wanneer een bouwsel af is, krijgt het een plek in het museumpark. In het park is plaats voor tien objecten. Als een volgend bouwsel klaar is, zal één van de geplaatste tien worden afgebroken. Wat Ward betreft kan het ook elders geplaatst worden.
Podium
Het museum gaat bij bezoekers informeren waar hun historische belangstelling naar uitgaat. Rob: „Het is hún geschiedenis. We willen de lokale gemeenschap uitdrukkelijk betrekken bij het museum. Dat is precies wat we als Museumpark Vonk willen zijn: we bieden gemeenschappen een podium om hun geschiedenis te presenteren.” Zo dienen de historische thema’s voor de objecten zich vanzelf aan. Om bij de opening over twee jaar echter niet met lege handen te staan, zijn er al enkele bouwsels in voorbereiding. Gedacht wordt aan het ontstaan van Eindhoven, de ontwikkeling onder de hoede van Philips, en Brainport.
Volgens Ward en Rob kan aanvang volgend jaar met de bouw van Vonk worden gestart. Dan gaat het museumpark in 2026 open voor publiek. Naast geld uit de Regiodeal, van de EU, de provincie Brabant en bijdragen van diverse (culturele) fondsen en enkele grote ondernemingen hopen de bestuurders dat nog meer bedrijven het nieuwe museum financieel willen omarmen. Rob: „Het concept biedt ruimte aan bedrijven en hun medewerkers om zich te profileren. Wij hopen dat zij zich willen committeren aan Museumpark Vonk. En het zou leuk zijn als ze dat ook financieel willen doen. Het is ons gelukt om naast de bijna zeven miljoen euro uit de Regiodeal nog eens zes miljoen aan additionele bijdragen te verwerven. We hebben alle vertrouwen in ons prachtige concept maar enige bezorgdheid bij de financiële invulling van de laatste één miljoen euro hiervan wil ik bij deze wel uiten.”