Twee verhalen in het ED deze week. In het ene wordt alarm geslagen over het welig tierende onkruid in Eindhoven. Het andere gaat over ‘de stille revolutie’ van bloeiende bloemen die in perken en plantsoenen worden geplant. Het is een beetje een komkommer-onderwerp dat elk jaar verschijnt in de kolommen van de krant. Het onkruid in elk geval. Wie in de zomervakantie terugkeert van de strak gemaaide en aangeharkte dorpen en steden in het buitenland valt het meteen op wat voor een verdord ‘zootje’ het in een groot deel van Eindhoven is.
Eindhoven vernatuurt in een hoog tempo. Dat is gemeentelijk beleid. Een jaar of dertig geleden schafte het gemeentebestuur de effectieve onkruidbestrijding af. Althans het spuiten met gif. Dat was milieu-onvriendelijk. In plaats daarvan werd er gemaaid, gebrand, geschoffeld en geborsteld. Dat is een stuk arbeids-intensiever en dus duurder. Naarmate het bestuur het geld anders wilde uitgeven, of minder geld wilde uitgeven, werd er bezuinigd op het groen-onderhoud. Het resultaat is elk jaar weer menig fatsoenlijke Eindhovenaar een doorn in het oog.
In het stadscentrum zijn ondertussen perken aangelegd. Dat komt de leefbaarheid niet alleen ten goede en staat gezellig maar verkoelt ook naarmate zomers heter worden. De vernaturing van de stad levert echter ook de toename van dierlijk leven op. Zo is de zwarte rat inmiddels een vertrouwde verschijning geworden in de binnenstad maar ook elders in Eindhoven. In mijn eigen woonomgeving zijn ratten – of beter: de overlast ervan – het gesprek van de dag. Buurtbewoners gruwelen van hun aanwezigheid. Het imago is niet best: vieze beesten die ziektes verspreiden.
Afmaken dus! Maar hier geeft de gemeente niet thuis. En dat leidt tot frustratie. Want enerzijds kiest het gemeentebestuur bewust voor vernaturing van de stad, anderzijds wordt niets gedaan om de natuur een beetje in toom te houden. Zolang bijen een handje worden geholpen om ook in de stad weer een plekje te vinden, geen probleem. Maar zodra ratten over de terrassen lopen en het aangenaam verpozen onderbreken, krijgt Eindhoven langzaam maar zeker een probleem. Het paradijs dreigt een jungle te worden die de stad overwoekert en het leven verdort. Maai, brandt, schoffel en borstel voor het te laat is! En aan de ratten mag ook best wat worden gedaan voordat ze het inwonertal overschrijden.
Ha Hans, wat een bijzonder artikel! En niet alleen in Eindhoven een probleem. Mijn kat in Best vangt er geregeld eentje… Lang geleden dat we elkaar spraken, Bratislava?
Heel hartelijke groet,
Anke Nollen
Ik kan me helemaal vinden in bovenstaande. Ik had hier vorig jaar ook al in het ED een stuk over geschreven. Ach ja, ik denk dat wij al belasting betalers aan een dood paard zitten te trekken.
Eindhoven staat bekend als de stad van kennis en innovatie, maar ook om haar ‘groene’ karakter, iets waar onze lokale politici trots op zijn. Maar ervaren de inwoners dit ook zo? Het is soms een uitdaging om door de stad te lopen zonder te struikelen over losse stoeptegels of door onkruid overwoekerde straten, wat Eindhoven een onbedoelde ‘wilde’ charme geeft.
De verschillen tussen de wijken zijn opvallend. Terwijl Blixembosch goed wordt onderhouden, lijken wijken zoals de Achtse Barrier en de Genderbeemd eerder op jungles. Sommige wijken hebben het geluk dat commerciële groenbedrijven hun groenvoorziening onderhouden, terwijl andere moeten vertrouwen op de Ergon. Dit roept vragen op over de controle op deze werkzaamheden. Waarom wordt zoveel onkruid getolereerd? Misschien houdt een verantwoordelijke ambtenaar van een natuurlijke uitstraling.
Wandelen door Eindhoven betekent vaak naar beneden kijken om losse tegels en onkruid te vermijden. Dit is blijkbaar een nieuw soort charme voor de stad. Want wie heeft er behoefte aan een goed onderhouden stad? Met al onze kennis en innovatie zijn er wel belangrijkere zaken.
Laten we eerlijk zijn, een stadsjungle biedt een unieke ervaring. Het banen door overwoekerde straten heeft zo zijn charme, toch? Wie heeft er behoefte aan een veilige en verzorgde leefomgeving als we de natuur zo dicht bij huis hebben?
Dus, laten we onze handen in de lucht gooien en de groene stad Eindhoven omarmen. De verschillen tussen wijken zijn juist iets om trots op te zijn: sommige wijken als oases, andere als wilde plekken. Dit alles draagt bij aan de unieke charme van onze stad.
Dus, Eindhovenaren, laten we genieten van deze bijzondere mix van kennis en groen. Omarm de overwoekerde stoepen en de verrassingen die ze bieden. Want wie heeft er behoefte aan een stad zonder uitdagingen? Laten we het onkruid laten groeien, net als onze liefde voor deze ‘groene’ stad Eindhoven.
Ik hoop dat de gemeente goed in de gaten houdt , hoe het gaat met dit ongedierte ! Houd de stad groen , maar niet overdrijven ! Vooral schoon. ! 😊
Schoon is geen etensresten op straat, maar wilde bloemen trekken echt geen ratten aan.
Volgens mij en vele die er verstand van hebben is de bron van ongedierte overlast de mens die eetbaar afval overal achterlaat, niet het groen. Kon ik voorheen nog met mijn hond door het centrum wandelen moet die nu edn muilkorf om. Niet omdat ze bijt maar omdat overal kippenbotten, fastfood, brood en andere etensresten liggen. De eerste is ze al eens bijna in gestikt… Ook het verbod op rattengif dat schadelijk was ook voor andere (huis) dieren helpt niet mee als de bron niet wordt aangepakt. Wil je het oplossen is weghalen en maaien van groen dus niet de oplossing en vind ik dit artikel een erg verkeerd beeld geven.
Daar ben ik het helemaal mee eens!👍
Mee eens Guido.
Het is mij ook opgevallen dat er doorheen de stad steeds minder prullenbakken staan. Ook een bezuinigingskwestie wellicht?
Dit verhaal is tendentieus en het bewijs – als er dat al is – is flinterdun.
Ratten komen niet af op natuur maar op eten dat mensen achterlaten. Is de natuur de boosdoener? Nee, de mens.
Meer natuur is hard nodig, de argumenten voor ander natuurbeheer in de stad snijden hout. Dat mensen zelf overlast ervaren van ratten, snap ik. Maar kijk dan naar jezelf en je eigen gedrag en wijs niet met de beschuldigende vinger naar de natuur.
👍
Hallo
Hier in de straat staan Hazelnoot bomen die noten vallen over enkele
weken uit de bomen met als gevolg een grote troep en een lekkernij
voor ratten en muizen.
De meeste worden door kraaien, eksters en kauwen opgegeten.
Eekhoorns zijn er ook dol op.